Gys Miedema
  • Home
    • Memoariam Gys Miedema (1951-2001)
  • Aforismen
    • Pas op de plaats (eerste helft 1999)
    • Verzamelplaats voor besef (tweede helft 1999)
    • Liever een strohalm (2000)
    • De rand van dit bestaan
    • Kreta (oktober 2000)
    • Gedachten
    • Zalig trappenhuis
  • Gedichten
    • Nederlands
    • Frysk
  • Liederen
    • Nederlands
    • Frysk
  • Haiku's
  • Uitgaven en Publicaties
    • Bundels: aforismen
  • Gastenboek
  • Contact

De rand van dit bestaan 



Een zwerfsteen bestemming geven is niet misplaatst.  
*
Als bestemming een vraag is, wil je niet misplaatst worden.
*
Trek werkt kosteloos als vooraf.
*
Naar wie over het hoofd wordt gezien, moet je omkijken.
*
Bij gekscheren komt er meer kleur op het schuim.
*
De ene laag verweert zich beter dan de andere.
*
De meeste sokkels zijn sukkels in wat ze dragen.
*
Wie veel pit heeft moet veel rot afstoten.
*
Ik hoef gelukkig nooit in te vallen voor een andere aforist.
*
Als je teveel tegen bomen aankijkt, worden ze lucht voor je.
*
Populair én rijk blijft hij die zijn geluksdubbeltje af en toe uitleent.
*
Als mensen kiezen door wie ze gekozen worden, zijn ze overgelukkig.
*
De meeste predikanten zijn mij teveel binnenhuisarchitecten.
*
Als chaos mij vreemd was, overmande die toestand mij.
*
Buitenissigheid gaat ten onrechte voor originaliteit door.
*
Sommigen schilderen zaken zo negatief af, dat er geen afdruk meer van te maken is.
*
Als het leven in remsporen blijft steken, noem je dat depressie.
*
De rand van dit bestaan leert je je handen uit te gaan strekken.
*
Pas als je hoop op hoop gooit, behoor je tot de kansrijken.
*
Houd je ogen even gesloten, dan blijft er een stukje hemel.
*
Pas op met wonderen, ze zijn onderhevig aan je gemoed.
*
Hij trok zo hard aan zijn bestaan dat hij bij niets stilstond.
*
Als je nooit hoeft te tanken, herken je geen leegte.
*
Fouten maken zegt niets over de af te leggen weg.
*
Er zijn pagina’s die als de pen met schrijven begint, zich vergrijpen aan de letters.
*
Een zinnig woord eindigt in dit land nooit met een z.
*
Wanneer je nooit tevreden bent, aanbid je het puntje op de i.
*
Wie nooit overtreedt, weet ook niet binnen welke begrenzing hij moet blijven.
*
Het zal je maar je laatste haar op je hoofd spijten.
*
Met een waakzaam oog bedoelt men beide.
*
Je moet van je blijdschap leven, ook al is het een karig maal.
*
Angst wordt opgewekt.
*
Als de beste verdediging wegrennen is, wees dan wel getraind.
*
Wie het slechtst van daad is, slikt minder van de ander.
*
Staar u niet blind op waar een ander veel zicht op heeft.
*
Wie slecht is in rekenen, taalt er niet naar.
*
Als je dagen schaduwrijk zijn, moet je uitzinnig zijn van weinig zon.
*
Kreten bevestigen de leemtes in de taal.
*
Opgeruimde mensen kunnen zich slordigheid permitteren.
*
Sommigen nemen pas een blad voor de mond, als ze geluid doorlaten.
*
Elke dwaas heeft een staartje waar hij plat op gaat.  
*
Wie hoger spreekt dan zijn beschaving, wacht een onttroning.
*
De grootste zeges zijn geschenken.
*
Waar een mens naar uitkijkt, is hem niet aan te zien.
*
Waar mijn geloof in mensen op strandt, is dat ze niet in mij geloven.
*
Met wat je huizenhoog maakt, beneem je ook een ander het uitzicht.
*
Geen beter strijdmiddel dan dat je ontwapend bent. 
*
Een echo zit nooit in de put.
*
Alleen rijke vluchtelingen hebben landingsrechten.
*
Slikken of stikken is geen leven.
*
Het is moeilijk te berekenen wat u voor een fles water in de Sahara overheeft.
*
Verwanten zien eerder de gans dan de glans in u.
*
Zoek het in uw zwakte niet bij sterken: zij hebben het te druk sterk te blijven.
*
Mollen die al te diep wroeten, sterven daar.
*
Een droom die een nachtlang duurt, maakt je bekaf.
*
Waar de herinnering kans krijgt te vervagen, komt de toekomst in beeld.
*
Wie de verleiding die de pen geeft weerstaat, is gezegend.
*
Het vijfde wiel aan de wagen is het stuur, daar kom je wel achter.
*
Gezelligheid krikt op, zodat je met vier lekke banden kunt rijden.
*
Wie veel overweegt, zet zijn zinnen op zijn eigen gewicht.
*
Omdat mensen niet kunnen dragen wat ze van zichzelf vragen, zijn ze ongelukkig.
*
Popart kon niet zonder zwart, zo kunnen wij niet zonder gekleurden.
*
Het zwakke stapelt en wankelt.
*
Wat je najaagt, is in je gelegd.
*
Laat je niet inpakken door mensen die geen surprise van je willen maken.
*
Vrees God wanneer uw staartje begint te groeien.
*
Lofprijzen is je ziel versieren én laten versieren.
*
Hij was op haar gebrand, zij kwam in de vlammen om.
*
Ik ben voor de zon geboren, daarom geeft de maan mij glans.
*
Als Friesland feest viert, breekt men eerst de hoofdstad af.
*
Over je gewicht ben je nooit dik tevreden.
*
Wat je tegemoet komt, moet jij in beweging zetten.
*
Vrees voor je Schepper is wel vertaald de angst die de duivel je influistert.
*
Godvrezend zijn moet je dikwijls over wegen.
*
De wachttijd die de muze geeft, duurt en laat zich gelden.
*
Als je op iets valt, doet pijn genot.
*
Wie met één cent gelukkig is, heeft dat bezit op de bank staan.
*
Missers bij missers is raak.
*
Als je gewicht je niet aanstaat, moet je de ruimte in.
*
Als je achtergrond je voorgrond wordt, ga je niet voor je grond.
*
Ga niet ergens voor door waar je ziel niet naar luistert.
*
Men roept je na als je geen naam hebt.
*
Wie iemand steeds laat raden, maakt hem radeloos.
*
Een pakkende uitspraak raakt licht.
*
Wat zitting in je leven neemt, neemt niet genoegen met een staanplaats.
*
Genadeloos zijn gedachten die sterk zijn.
*
Als je niet kunt stoppen, wordt je tot staan gebracht.
*
Draag zorg voor je geluk, voed niet de schijn.
*
Vreugde heeft een te kleine oplage.
*
Vaak wordt om tranen gelachen om even een andere bedding te geven.
*
Wie het hele gezelschap voor zich wint, is innemend of inhalig.
*
Als je bananen recht denkt, staan je gedachten krom.
*
Gebondenheid maakt het leven onsamenhangend.
*
Yucca’s steken als herinnering aan de stam.
*
Wat je voor de slaap nalaat, is niet meer in te halen.
*
Aapte Darwin na?
*
Wie mij lucht geeft, laat mij ademloos genieten.
*
Wat je het best kunt volgen, heeft de slechtste kwaliteit.
*
Wie dakloos is, wordt niet door de blote hemel gekleed.
*
Wie suiker noch zout mag toevoegen, wordt dat ingepeperd.
*
Wie dubbel ziet, ziet half zo goed.
*
Werk met de zon samen, laat zware luchten zuchten.
*
Vertel mensen niet wie ze zijn, als ze het amper zelf weten.
*
Verlicht een doorgang, voor wie er met alle geweld door wil.
*
Geluk kent grenzen, schik u erin.
*
In de lift is de ruimte klein, de kans op promotie groot.
*
Het is de perfectionist zijn geluk, dat zijn pogingen deels mislukken.
*
Als men alleen mijn naam betaalt, reken mij dan tot de naamlozen.
*
Matig uw verlangen ten gunste van uw eer.
*
Een klein kind geef je geen muziekinstrument: het is er één.
*
Van welke hoek je de wereld ook bekijkt, scheefgroei is niet recht.
*
Is God het eerste exemplaar van het Boek wel overhandigd?
*
Vergelijk gaat op wanneer u een trede lager gaat staan.
*
Val niet op grote mensen, ken ze daarvoor te lang.
*
In de regel schrijft men te breeduit.
*
Deel niet met iemand kaarten die zegt dat hij niet op winst uit is.
*
Uit de pas lopen is in het gebied van de Einzelgänger treden.
*
Waar ogen niet rijp voor zijn, vallen de pupillen als knikkers uit de lucht.
*
Als men meewarig glimlacht om iemand, is men zelf de dwaas.
*
Ogen hebben kost en inwoning.
*
Ga niet met iemand in zee, als je weet dat hij als meer al overloopt.
*
Stijl past zich moeilijk aan.
*
Vergrijp u niet aan het kind dat u bent.
*
Als je verstand door je hart spreekt, krijgt het een hartelijk woordje mee.
*
Bij het leven één groot doel schiet je zoveel kleine voorbij.
*
Probeer geen woorden in te sluiten, ze zouden je omsingelen.
*
Bestonden iemands gedachten alleen maar uit wat hij toeliet.
*
Als je het woord voegt bij de daad, ontstaat er een helling.
*
Sommigen hebben de teevee op schoot: schattig hè?
*
Soms is een gedachte een overloper, sluit hem buiten als je hem herkent.
*
In  vele vormen van vrede zijn tegenstellingen niet al te vredig.
*
Als je het ergens niet mee eens bent, moet je eens nee zeggen.
*
Het halve leven draait om interpretatie, daar beweegt men molens mee.
*
Als je je hoofd voor alles omdraait, raak je in de knoop.
*
Er zijn zoveel beugels die niet door andere kunnen.
*
Als je de uitbater eruit flikkert, heb je kans op een baantje.
*
Er gaan veel mensen mee in een vloed waarin ze niet bruisen.
*
Liefde is de joint van het leven.
*
Streng zijn tegen jezelf mag alleen, als je de zaak meester bent.
*
Wie slaaf van één gebod is, overtreedt vele anderen.
*
Inspiratie bij hoog en bij laag ondermijnt het heilige midden.
*
Wie op spiritualiteit afglijdt, overschat zijn krachten.
*
Wie het leven moe is, wordt nergens door opgewekt.
*
Het venster van blinden is het licht van hun andere zintuigen.
*
Ik word liever niet bekeken door de ogen van blinden.
*
Als het water zich opdringt, moet je als een dijk gaan staan.
*
Als het Woord onze daad werd, bestond er geen geloof.
*
Heb je tien punten tegen, dan vraagt scoren moed.
*
Waar je van bent afgeleid, wordt je naar toe geleid.
*
Een winter lang moet je je hoofd koel houden om de voortdurende herfst te trotseren.
*
De toon geeft de nood aan.
*
Een oprechte en begane koning kroont zijn onderdanen.
*
Tegen een bon zeg je niet bonbon.
*
Van kletsmajoors zijn er hele legers.
*
Het grootste verlies van het leven is het leven.
*
David is het profiel voor een ieder die weet dat hij meer dan één renteloos voorschot geniet.
*
Wie met schaduwen een gebouw wil meten, gelieve de zon de meetlat te geven.
*
Wie een definitie van verdriet geeft, schiet er vol van.
*
Het beste wapen is het woord, het wordt ook het snelst ingeslikt.
*
Elke hemel heeft plaats voor zijn zielen.
*
Een boom bladert in mij op zoek naar een idee.
*
Er loopt niet een rode draad onder een ieder door, die deel van het circus uitmaakt.
*
Waaghalzen zijn meesters in het sprongetje om de dans te ontspringen.
*
Je longen leveren meer lucht, als je van ze houdt.

© copyright: Erven Gys Miedema 

Powered by Create your own unique website with customizable templates.